hij hem

hij hem
Nu in de winkel

dinsdag 6 mei 2008

Toespraak van Jet Bussemaker op 4 mei

Op allerlei weblogs vond ik lovende woorden over de toespraak van staatssecretaris Jet Bussemakers op 4 mei op de Dam. Dat verbaasde me nogal, want ik ben bozig weggezapt. Vanmorgen zag ik in De Volkskrant de hele toespraak afgedrukt staan en werd ik opnieuw kriegel.

De toespraak is namelijk niet lang.
In totaal staan er slechts 311 woorden.
De gemiddelde zinslengte is vijf woorden.
Elke zin op een nieuwe regel.
Net een gedicht.
Huiveringwekkend.

Het begin van die toespraak is ondanks deze aanpak nog wel aanvaardbaar. Bussemaker vertelt over haar vader (in starfkampen in Indië gezeten) en opa (binnen een week na de oorlog overleden in een onderzeeër die geraakt werd). Er is een persoonlijk verhaal dat zij kan vertellen, maar dat laat ze na. Het tweede deel van de toespraak bestaat alleen maar uit kretologie.

Onverdraagzaamheid.
Onverschilligheid.
Onbegrip.
Dat ligt niet achter ons.
Maar is van alle tijden.
Ook als er geen oorlog is.
We zien het sluimeren in wijken, op straten, op scholen. Om ons heen.
Daarom staan we er vandaag bij stil dat vrijheid niet vanzelfsprekend is.
Dat vrijheid inspanning vereist.
Tolerantie.
Betrokkenheid.
Begrip.
Dat vrijheid verantwoordelijkheid vereist.
Vastberadenheid.
Moed.
Van iedereen.
Zonder voorbehoud.
Daar staan we vandaag bij stil.


Het zijn deze grote woorden die niets zeggen. Ze lijken veel op te roepen, maar ze verhullen een gebrek aan kennis (of durf) om een echt verhaal te vertellen. Dit is foldertaal, communicatieproza. Ondanks alle complimenten die de staatssecretaris krijgt voor dit werk, beschouw ik het voornamelijk als een gemiste kans. Of kan het verleden alleen nog maar in clichés gevat worden?

1 opmerking:

Anoniem zei

Cliché's zijn bijna altijd waar.
Daarom zijn het ook cliché's. Wat betreft de vorm mag ze wat mij betreft in een starfkamp om een enzamne te doen in het nederlands.
erik