Willem Thies heeft me gisteravond geleerd wat een motief is. Drie jaar geleden schreef ik deze negatieve recensie over zijn prijswinnende debuutbundel Toendra. Tijdens de voordracht van Annemieke Gerrist op de slotavond van Dichters in de Prinsentuin vond hij het nodig om daar op terug te komen.
De dichter kwam achter me aan, biertje in zijn hand, zo te ruiken niet zijn eerste. 'Zeg, jij denkt zeker dat je zachtaardig bent?'
Dit wordt geen amoureus gesprek, dacht ik nog.
Thies wilde even die recensie over zijn debuutbundel evalueren. Ik vond het drie jaar geleden een slechte bundel vol puberaal gekoketteer met de dood. Uit geen enkel gedicht bleek dat er werkelijk iets op het spel stond. Om dat te bewijzen had ik een kleine opsomming gegeven van alle gedichten waarin de dood voorkwam. Dat vond Thies, bleek nu, geen goede evenwichtige recensie, maar 'redacteurswerk'.
'Weet je hoe dat heet als een woord steeds terugkomt?'
Ik keek hem verwachtingsvol aan.
'Dat is een motief. Of een thema.'
Hij lachte me toe, want dat moet ik toegeven, hij bleef de hele tijd lachen. Een soort grijnzen eigenlijk. En met deze uiteenzetting over het begrip 'motief' had hij me toch echt wel klem gezet, dacht hij.
Terwijl Annemieke Gerrist bleef voordragen dacht ik na over wat ik tegen de dichter, zelf ook recensent, moest zeggen. Het was duidelijk iemand die een gesprek zag als een monoloog van hem, waarbij de ander luistert.
'Ik vond het nogal ongeloofwaardig,' probeerde ik zijn leerzame uiteenzetting te doorbreken. Ik had niet echt het idee dat die opmerking hem zou overtuigen.
'In die tijd was ik nogal bezig met de dood,' zei hij weer. En dat er meer dichters waren die dan één woord herhaalden in hun werk.
Zo ging dat een tijdje door. Thies vertelde me ook nog dat ik zeker wel hield van ironie. Nou, hij niet. Ironie was alleen maar een maniertje om niet precies te zeggen wat je wilde. Alweer wat geleerd.
En toen zei hij opeens: 'Ik neem aan dat je niet een tweede vijand wil hebben?'
Nog steeds zo lachend. Het biertje schuin in de hand. Waarop hij ging uitleggen wie mijn eerste vijand was.
Toen had hij alles gezegd. Of toch niet.
'In mijn tweede bundel komt het woord dood veel minder voor.' zei hij weglopend.
'Heb je er toch iets van opgestoken,' zei ik. Misschien ironisch.
2 opmerkingen:
Het woord motief stond al in de recensie. Had-ie zeker overheen gelezen dan?
Maar hoe lezenswaardig ook, zachtaardig was die recensie niet bepaald. Daar had-ie wel gelijk in. Als hij dat bedoelde.
Wat hij allemaal bedoelde weet ik niet. Maar hij was blij dat hij het na drie jaar kwijt kon.
Een reactie posten