hij hem

hij hem
Nu in de winkel

woensdag 21 januari 2009

In de tussentijd 35

- De wachtkamer is overvol. Opeens klinkt het geluid van een boor op een verdieping boven ons. Het Martiniziekenhuis is nog steeds niet helemaal af. 'D'r is hier ook een tandarts,' zegt een man. En als even later het boren doorgaat: 'Moet zeker zijn wintersport nog betalen.' Wachtkamerhumor.
- Ik neem altijd een boek mee naar de wachtkamer. Je kunt je verdiepen in het liefdesleven van Rachel Hazes (die doet het nu met een gangster zag ik op de voorkant van een blad staan), maar je kunt ook een boek lezen. Zo las ik de eerste 28 bladzijden van het nieuwste boek van Beigebeder. Het was druk.

- Bij de specialist zit een co-assistente. Ik denk dat het dezelfde is van de vorige keer, maar dat is niet zo. Zou dat nou leuk zijn voor een studerend meisje: co-schappen lopen bij een uroloog? Zou een mondhygiëniste nog wel zoenen?
De specialist wijst mijn tatoeage aan, een stip midden op mijn buik. 'Bij prostaatkanker krijgen ze er drie,' zegt hij tegen de co-asssistente. 'Ik heb er ook drie,' zeg ik een beetje verongelijkt. Het is net alsof je daardoor wat belangrijker wordt!
- Volgens de specialist ziet alles er goed uit. We gaan de laatste vier maanden in van de eerste twee jaar. Als de kanker binnen die periode niet terugkomt, ben je statistisch gezien veiliger. Die statistieken zeggen niets als je weer een enge bobbel of knobbel voelt, zoals vorige maand. Maar toch: nog vier maanden en drie dagen.
- Weer een longfoto maken ('metastasen?' staat er op het papiertje, ook niet echt geruststellend) en bloed afnemen. Bij de foto hoef ik maar even in de wachtkamer te ziiten. Te kort om een boek te pakken. Bij het laboratorium moet ik even wachten, voordat ik naar binnen mag en daarna moet ik langer wachten in de wachtkamer binnen. Veel oude mensen vandaag die langsschuifelen. Een oude man heeft zijn vrij dikke dochter van in de vijftig meegenomen. Terwijl zijn bloed geprikt wordt, verontschuldigt zij zich tegenover de andere wachtenden. 'Op die leeftijd is 't niet veel meer.' Ik moet me altijd inhouden om dan niets te zeggen. Wat geeft haar het recht om te zeggen dat het leven van een ander wel of niet iets voorstelt. 'Dat is ons voorland,' zegt ze er nog sombertjes bij met een ondertoon die zegt: als het zo moet, dan hoeft het voor mij niet meer. Ik zeg zoals gewoonlijk niets meer.
- Een man, grauwe kop, echte tattoo's op de armen, en een vrouw, ook grauw, met sliertig haar dat alle hoop heeft opgegeven, gaan zuchtend en mopperend in de wachtkamer erbij zitten. Moeten ze al weer wachten. Ze zijn al tweeëneenhalf uur in het ziekenhuis. En maar wachten. 'Is er geen asbak,' zegt de man in het Gronings, zo plat dat het nauwelijks verstaanbaar is. 'Hier een hele grote,' zegt zij en ze wijst op de prullenbak. Wachtkamerhumor.

3 opmerkingen:

Anoniem zei

Dit is veel te mooi materiaal voor op een blog Coen

coen zei

Maar mag ook op dit blog (en dank voor het compliment).

schrieverij zei

Coen, dit zijn inderdaad je beste teksten. Maar dat had ik al een keer gezegd onder vier ogen.

glas