Canon
Hoeveel schrijvers uit de achttiende eeuw kunt u opnoemen? Of, om het wat makkelijker te maken: de zeventiende eeuw? Grote kans dat er ongeveer dezelfde namen uitkomen: Vondel, Hooft, Bredero. Afhankelijk van het genoten onderwijs komen daar nog wat schrijvers bij. Het literaire verleden lijkt onwrikbaar vast te liggen in de canon, een reeks hoogtepunten in de Vaderlandse letterkunde waarbij je - net als bij de top 2000 - je nooit meer afvraagt waarom iets mooi is. 'Bohemian Rhapsody' is gewoon het beste liedje allertijden, zoals Max Havelaar van Multatuli het beste boek allertijden is.
Samen met twee vrienden maak ik een literatuurmethode waarin een deel historische letterkunde zit en we kunnen even voor God spelen. Welke schrijvers vallen af en wie smokkelen we onze eigen canon in? Bij ons maakt Jan Vos (1610-1667) een comeback met zijn horrortoneelstukken in de Gouden Eeuw. Gravure erbij waarop iemand in de open haard levend verbrandt, terwijl een vrouw zich in de borst steekt omdat ze er net achter is gekomen dat het vlees dat ze net opgegeten heeft van haar eigen zonen afkomstig is. En ook Jacob Haafner (1754-1809) mag erbij, de man die al heel vroeg de misstanden van de Nederlandse en Engelse kolonisatoren in de Oost aan de orde stelde. Een hertaling van Thomas Rosenboom van zijn werk zorgde ervoor dat Haafner een iets groter publiek kreeg. 'Het gaat hier om iemand die Multatuli in meerdere opzichten naar de kroon kan steken - maar dan moet Haafner wel eerst herontdekt worden,' schrijft Rosenboom in de inleiding van Exotische liefde. Max Havelaar begint al een beetje te wankelen.
Af en toe kun je de geschiedenis dus herschikken. Het wordt lastiger naarmate je dichter bij het heden komt. Bij de afgelopen eeuw moeten natuurlijk Hermans, Mulisch en Reve een plek krijgen, daar is weinig discussie over, maar wie van de moderne, nog niet overleden auteurs verdient een plek op de Parnassus? Met iedereen die je wel noemt, noem je ook iemand niet. Arnon Grunberg wel, Esther Gerritsen ook. Maar Leon de Winter gaat af via een zijdeur. Moet ie maar betere boeken schrijven.
Deze kroniek verscheen eerder in de Leeuwarder Courant op 30 mei 2015
1 opmerking:
Uit de generatie voor Grunberg liefst A.F.Th., Rosenboom en Kellendonk. Voorspelbaar maar blijvend goed. Zij gaan nog generaties schrijvers overleven.
Vergeet trouwens niet iemand als Stephan Enter, die nu met "Grip" eindelijk wat aandacht op zich gevestigd heeft gekregen: een zeer getalenteerd, maar te onbekend schrijver.
En trouwens: uit de generatie na Grunberg liever zo min mogelijk van die jonge quasi-literaire Amsterdammers als Mathijsen, Bervoets, Huff, Ouariachi, Buenting, Wortel, Pefko. Het houdt elkaar in stand en het is, nu ja, het is niet slecht, maar laat het zich eerst maar eens even bewijzen. Zo goed is het ook weer niet.
Een reactie posten