Met de zin: ‘Misschien had het mes gebloosd omdat een hand het dwong in het geniep te doden, in het donker achter jaspanden, die zelfs de bloedblos nog aan het oog onttrokken.’ wint A. F. Th. van der Heijden de Tzum-prijs 2008, de kleinste literaire prijs van Nederland. De zin komt uit het boek Mim, dat vorig jaar verscheen bij uitgeverij de Bezige Bij. Dat was een eenmalige uitstap naar deze uitgeverij omdat het boek uitkwam in een serie romans die als hommage uitgegeven was ter gelegenheid van de tachtigste verjaardag van Harry Mulisch.
In 2002 won Paul Mennes, in 2003 Doeschka Meijsing, in 2004 Stijn Aerden, in 2005 Ilja Leonard Pfeijffer, in 2006 Tommy Wieringa en vorig jaar Jeroen Brouwers. De winnaar krijgt naast een fraaie beker ook een bedrag aan euro's dat gelijk is aan het aantal woorden in de zin. Dit jaar is dat dus 29 euro.
De jury (de redactie van het literaire blad Tzum: Roos Custers, Coen Peppelenbos en Nick ter Wal) was unaniem in haar keuze voor de zin. Uit de nominaties voor de Tzum-prijs (naast de jury mag iedereen zinnen nomineren) bleek een grote voorkeur voor zinnen uit De literaire kring van Marjolijn Februari. Toch won Van der Heijden.
Het viel de jury op dat er geen enkele zin uit het meer dan duizend bladzijden tellende boek Het schervengericht is genomineerd. Wie Mim en Het schervengericht naast elkaar legt, zal zien dat Van der Heijden in het voor zijn doen dunne werk Mim een grootmeester is op de vierkante centimeter. De bekroonde zin laat zien dat hij ook een poëtische invulling weet te geven aan een vrij onheilspellende zin door het gebruik van acconsonantie in de woorden ‘gebloosd’ en ‘bloedblos’ en daarnaast assonantie door de vele o-klanken die de formulering duister en grimmig maken.
Kortom: A. F. Th. van der Heijden is de terechte winnaar van de Tzum-prijs 2008.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten