Ik doe niet aan nummers 1 t/m 10. Dit zijn de boeken die mij in min of meer chronologische volgorde in 2011 hebben bekoord. Met een korte toelichting of een link naar een lange toelichting.
*De grote zaal – Jacoba van Velde
Heruitgave ter gelegenheid van de actie Nederland Leest (okt-nov 2010). Laatste maanden in het leven van de bejaarde Geertruide van der Veen, afwisselend verteld door Geertruide en haar dochter Helena. Beklemmend, empathisch, hartverscheurend. Strakke vorm, goede toon.
*Appetite for self-destruction The spectaculair crash of the record industry in the digital age – Steve Knopper
Verhalende non-fictie op z’n best. Uitmuntend gedocumenteerde, nietsontziende en beeldend geschreven popgeschiedenis van de laatste drie decennia. De lezer mag zich op de eerste rang verbijsteren, amuseren en opwinden.
*Proloog 1952 – Oek de Jong (Eindejaarsgeschenk van Amstel Uitgevers)
Proloog 1952 is het indrukwekkend begin van een epische roman die in 2012 in twee delen verschijnt. Op een subtiele manier enorm meeslepend. Al denk ik dat De Jong van een onbeduidende gebeurtenis nog een prachtig verhaal kan schrijven. Superieure stilist. Bekentenis: ik had nooit eerder iets gelezen van Oek de Jong en dat was een vergissing. En een fijn vooruitzicht: ik kan mij niet voorstellen dat hij slechte boeken heeft geschreven.
*De omweg – Gerbrand Bakker
*Ik kom je halen als het zomer is – Hans Münstermann
*Life – James Fox
*Elektriciteit – Rob van Essen
*Villa des Roses – Willem Elsschot
*Tsjik – Wolfgang Herrndorf
*Het Bureau (deel 3, Plankton) – J.J. Voskuil
Traag proza moet je niet overhaast tot je nemen en op het juiste moment. Dus lees ik tegenwoordig aan het einde van het jaar een deel van Het Bureau. Voor de lezers van snelle, hippe boeken: traag is iets anders dan saai. Wat vooral opvalt is het constant hoge niveau van de romancyclus. Dus volgend jaar staat hier ongetwijfeld deel 4.
En toen ging de drukpers van Vera kapot en konden er geen krantjes worden gedrukt. Maar heb ik ondertussen weer twee boeken gelezen die grote indruk maakten.
*Bezoek van de knokploeg – Jennifer Egan
Hmmm, hoe zal ik dit overweldigende boek eens aanprijzen? Als je straks met dit boek in je hand staat, kun je een willekeurige bladzijde openslaan - je bent geheid verkocht. Ook als je niet geïnteresseerd bent in de wereld van de popmuziek. Het zijn dertien verhalen die prima op zichzelf kunnen bestaan, maar tezamen een nog rijkere, caleidoscopische veertig jaar omspannende roman vormen. Met personages en gebeurtenissen die zo overtuigend tot leven worden gewekt dat je ze nooit meer zult vergeten.
*Naar de overkant van de nacht – Jan van Mersbergen
Het duurde een paar hoofdstukken, maar daarna liet ik me gewillig meevoeren door de verteller/hoofdpersoon Ralph tijdens zijn met alcohol doordrenkte carnavalsnacht. Hamerend, dwingend, filmisch. Onsentimenteel, maar tenslotte diep ontroerend. Dit is een absoluut meesterwerk.
*Beschaving, of wat ervan over is – Theodore Dalrymple
Curieus, dat je soms een tv-programma moet zien om eindelijk het boek te lezen dat al jaren in de kast staat. Maandagavond zat ik tijdens Wintergasten voortdurend instemmend te knikken bij de woorden van Dalrymple, rende daarna naar de kast, blies het stof van Beschaving, begon erin te lezen en nu kan ik het nauwelijks wegleggen. Deprimerende kost, prachtige stijl.
Eerder verschenen de top tienen van Anton Brand, Giny Backers, Jan Hovy en Annet Peppelenbos.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten