Joep van Ruiten is journalist voor het Dagblad van het Noorden, daarnaast beheert hij het weblog Woest en ledig. In de krant publiceerde hij al zijn top 5: hier de complete top 10. De titels zijn directe links naar Bol.com.
1 Hoe te leven – Sarah Bakewell
Sarah Bakewell schreef een enthousiasmerende biografie van Montaigne (1533 – 1592). Haar Hoe te leven. Een leven van Montaigne in één vraag en twintig pogingen tot een antwoord is een geslaagde, uitstekend leesbare, zeer informatieve introductie op het werk van een denker uit Frankrijk, die begreep dat niets vast staat en dat de mens om die reden veel ruimte en vrijheid nodig heeft.
2 Mijn naam is Legioen – Menno Wigman
Alsof een beitel in ons versteende brein wordt gedreven. Af en toe haalt Menno Wigman piepend adem, maar daarna gaat het verder, met verbeten klapjes. En bijna niks leest gekunsteld, gespeeld of geveinsd. Je wordt er niet eens murw, moe of dol van. Omdat dit soort donkere geluiden en beelden zo weinig aan bod komt. Omdat veel ervan zo wáár is.
3 Hier komt de poëzie! – Ramsey Nasr
Het waren mensen met smaak en verstand die vier jaar geleden hun geld op Tsead Bruinja zetten als de nieuwe Dichter des Vaderlands. Het werd uiteindelijk Ramsey Nasr, en die deed het uitstekend. Hier komt de poëzie! is slechts één van de wapenfeiten die hij ons leverde. Verspreid over zeven cd leest hij zijn keuze uit acht eeuwen Nederlandstalige poezie. Voordrachtskunst van een jonge rederijker.
4 Het boek Ont – Anton Valens
Een duizelingwekkende en somtijds hilarische roman waarin heel veel gebeurt, zonder dat de hoofdpersonen enige vooruitgang boeken. Een roman met (slapstick)humor, wonderbaarlijke invallen, vreemde observaties, taalspelletjes, kritiek op de consumptiemaatschappij en soms zeer lange zinnen.
5 Een manier van vriendschap – J. M. Coetzee en Paul Auster
“Ik heb nooit eerder met iemand samengewerkt… maar met jou, denk ik, zou het plezierig kunnen zijn, en misschien zouden we zelfs, als God het wil, vonken op elkaar kunnen laten overslaan. (…) Het lijkt me één manier om een vriendschap gestalte te geven als men ver van elkaar verwijderd is.” Twee schrijvers van formaat wisseling gedachten, ideeën en opvattingen uit. Per brief.
6 Dinsdag – Elvis Peeters
Dinsdag komt knalhard binnen. En daar lijkt het Peeters – pseudoniem voor het echtpaar Jos Verlooy en Nicole van Bael – precies om te doen: het gebrek aan wroeging bij zijn hoofdpersoon vergroot de verontwaardiging bij zijn lezer. Je zou dat effectbejag kunnen noemen, of nog erger: uitlokking. Maar hier is het volstrekt op zijn plaats omdat het een hoger doel dient dan plat vermaak.
7 Hier drijft weg – Tonnus Oosterhoff
“De paradoxen en soms chaotische taalsituaties waarin die ik schep – waarin ik me begeef, zou ik liever zeggen – werken op mij precies zoals op mijn lezers. Spreken ze tot het hart? Zeggen ze iets nieuws over de wereld? Misschien. Ik en mijn ’twaalf, veertien belachelijke lezers’ ervaren het zo. Maar voor anderen is het waarschijnlijk gekkenpraat van een schrijfmachine, om met Nijhoff te spreken.”
8 Gerard Reve Kroniek van een schuldig leven 3 – Nop Maas
Ruim 2200 bladzijden, deel 1 en 2 meegeteld, in totaal 11 centimeter aan goed verzorgde boeken over Gerard Reve. Joop Schafthuizen mag een veelvuldig gebruik van zijn witrollertje hebben bedongen, bijvoorbeeld als het geldbedragen, drank, drugs en leeftijden van jongens betrof. De hoeveelheid feiten, anekdotes, prachtige uitspraken en briljant geschreven fragmenten en wat Nop Maas, als ware hij Harry G.M. Prick, nog meer heeft opgediept, is en blijft enorm.
9 De tijd vliegt, maar de dagen gaan te traag – Jean Pierre Rawie
Jean Pierre Rawie behoort tot de buitencategorie. Een van de laatste échte dichters in ons land, zeker sinds het overlijden van Kopland en Komrij. De taal, de toon, de thema's – het is zo vertrouwd, dat je misprijzend en dof zou kunnen spreken van een herhaling van zetten. Volgende gedachte is dan: wat is er op tegen als die zetten zo overtuigend zijn, dat je er opnieuw van geniet?
10 Wijvenheide – Luuk Gruwez
Luuk Gruwez bezit een vermogen om het zware en lichte met een elegante zwier zo te roeren, dat iets ontstaat waar zowel de leek als de fijnproever genoegen aan kan ontlenen. Zijn gedichten zijn niet moeilijk, maar ook niet makkelijk, ze zijn geschreven voor een minder- en een meerderheid. Stel dat Gruwez had besloten deze gedichten in de la te houden – wat hadden we dan gemoeten? Tv kijken? Chips eten?
Zie ook de top tien van Anton Brand.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten