Guus Bauer is schrijver, recensent, interviewer, columnist, uitgever, wat niet? Zijn top 10 op alfabetische volgorde:
Aharon Appelfeld – De onsterfelijke Bartfuss
Maakt duidelijk dat de ontkenning een sluipmoordenaar is. Troostrijk voor schrijver en lezer.
Scholem Aleichem – De stad van de kleine mensen
Een onvergetelijk tijdsdocument over een wereld die verdwenen is, of beter nog: die ontstolen is.
Philippe Claudel – Geuren
Smokkelwerk, verschenen eind 2012. Een uiterst zinnelijk boek. Zijn meest persoonlijke werk, aldus de auteur.
Hans Fallada – In mijn vreemde land
Letterlijk en figuurlijk van binnenuit (de gevangenis in nazi-Duitsland) geschreven.
Almudena Grandes – De vijand van mijn vader
In zware tijden worden kinderen snel groot en voor dilemma’s gesteld waar zelfs volwassenen geen raad mee weten.
Edgar Hilsenrath – Fuck Amerika
Spijkerharde lachsalvo. Satire grotendeels in niet mistenverstane dialogen opgetekend.
Iman Humaydan – Andere levens
Het verleden werpt lange schaduwen.
Paul Ingendaay – De romantische jaren
Over zelfbedrog, bedrog van herinneringen. Over wat had kunnen zijn.
José Saramago – Bovenlicht
Een ogenschijnlijk klein geluid dat ver draagt.
Bart Stouten – Kersen eten om middernacht
De winnaar van de Grote Inktslaaf Literatuurprijs 2013.
en ook nog alles van Andrei Makine, Herta Müller, Bohumil Hrabal. En hoe kun je nu Ergens anders van Richard Russo niet noemen en Zes maanden in de Siberische wouden van Sylvain Tesson, of Lenins balsem van Pieter Waterdrinker, Kerkhof aan zee van Emil Hakl, Patrik Ourednik Het geschikte moment 1855, de gedundrukte Carmiggelt, alles wat er van hem dit jaar is heruitgegeven, en …. Alle boeken, behoudens werkjes van BN’ers en de zogenaamde ideeënboekjes, verdienen oneindig veel kansen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten