Op de site van de Contramine, de Geen Stijl-site voor poëzieliefhebbers volgens Awater, wordt men ook wakker. Zoals gebruikelijk weer met halve waarheden. Zo schijn ik redactioneel betrokken te zijn bij een bloemlezing over de Friese poëzie. Onzin. Redacteuren die bij Uitgeverij kleine Uil een bloemlezing mogen maken, zijn zelf verantwoordelijk voor het boek. Lijkt me erg gezond.
De schrijver van het stukje is Chrétien Breukers, verantwoordelijk voor een bloemlezing over de poëzie van de laatste 25 jaar, waarin hij 'een paar' dichters heeft overgeslagen (lees de recensie in Awater, Breukers heeft op de Contramine alleen het portretje van hemzelf overgenomen). Dezelfde Breukers die op 17 januari schrijft: 'Hoe het jullie, beste lezers, vergaat, dat weet ik gelukkig niet, maar ik ben meestal blij als iemand mij vraagt om een gedicht af te staan voor een bloemlezing. Een honorarium hoef ik er niet voor, ik zie het, sorry dat ik het zeg, als reclame voor mijn werk. Het tientje dat er voor mijn gedicht beschikbaar is, sta ik gaarne af aan de uitgever en de redacteur.'
Handig en goedkoop als je net een bundel van '666 en een stuk of wat gedichten' hebt gemaakt. Heb al van twee dichters [correctie: inmiddels drie] gehoord dat ze zelf om een bloemlezing moesten bedelen waarin hun eigen gedichten staan. Een andere dichter wist niet eens dat ze was opgenomen. Geen van drie had ooit geld gezien. Dat zet de opmerkingen van deze wannabe poëziepaus weer in perspectief.
6 opmerkingen:
Hé, ho, Coen. Ik wijzig het graag. Ik dacht, jij bent redacteur van de kleine Uil en dus redactioneel verantwoordelijk etc.
Een andere kwestie is de honorering bij bloemlezingen. Bij een bloemlezing als 'De Nederlandstalige enz.' is het uitkeren van 26 euro per gedicht wat lastig. Van 10 euro ook. Vandaar dat ik, persoonlijk, helaas, alle auteurs heb gevraagd om af te zien van honorarium. Bijna iedereen heeft dat gedaan.
Om het stuk van Awater te mogen plaatsen, moet ik toestemming hebben. Die heb ik nog niet.
Je zegt: 'Heb al van twee dichters gehoord dat ze zelf om een bloemlezing moesten bedelen waarin hun eigen gedichten staan.'
Ja. Ik verzamel adressen en geef die door aan de uitgeverij. Als daar iets fout gaat...
En je schrijft: 'Een andere dichter wist niet eens dat ze was opgenomen.'
Vreemd. Iedereen is benaderd.
En dan: 'Geen van drie had ooit geld gezien. Dat zet de opmerkingen van deze wannabe poëziepaus weer in perspectief.'
Geen geld zien, dat klopt. En voor zover ik weet, heb ik me nooit als poëziepaus voorgedaan.
Is dat dan de reden waarom sommige dichters niet in je bloemlezing voorkomen? Omdat ze geld wilden?
Nee, dat is geen reden.
Breukers heeft degenen die geld wilden opgenomen en betaald.
zegt welke Adriaan? De link onder je naam leidt tot een niet toegankelijk profiel.
Adriaan Krabbendam begrijp ik, nu ik de reacties op de Contamine-site lees.
Een reactie posten