Ik heb een keer eerder als model gezeten. Op een kunstbeurs, meer dan tien jaar geleden, maakte de schilder Hagendoorn een snelportret. Nu moest ik van elf tot vier zitten en op kleine pauzes na bewegingloos blijven. Ik moest toch vaak lachen omdat je als docent gewend bent om iemand aan te kijken als die opkijkt tijdens een college. Nu zag je continu iemand heel heftig naar een deel van je gezicht kijken, zonder je echt aan te kijken. Het oogcontact mislukte dus keer op keer en toch ben je zo gewend om terug te kijken dat je steeds weer dat oogcontact probeert te maken.
Aan het einde van de dag liet iedereen zijn werk zien. Dat was vrij confronterend omdat ik vond dat ik een vrij 'harde' uitstraling had bij de meesten. Zo word je dus gezien door anderen.
Rob stuurde me vorige week een van de portretten die ik zelf wel goed gelukt vond.
1 opmerking:
Een mooi portret, hoewel de schilder de typische Coen-uitstraling niet heeft kunnen vangen.
De 'harde' blik in de meeste portretten kan ik me iets bij voorstellen: als je serieus kijkt heb je een nogal koele oogopslag. Het verschil met jouw lachende versie is enorm. Daar zit alles in wat je (waarschijnlijk) graag in jezelf ziet.
Een reactie posten