hij hem

hij hem
Nu in de winkel

maandag 21 april 2008

Gerard Reve en de jongen die de daghap serveerde

Onthullend nieuws vandaag in het Dagblad van het Noorden, want op de voorpagina staat een foto van Arjen Boswijk. Op 19 maart 1987 serveerde hij aan de Volksschrijver de daghap van eetcafé Het Pakhuis (niet te verwarren met gay-sauna 't Pakhuisje).
Gerard Reve was in het gezelschap van Wouter van Oorschot omdat Reve die avond zou signeren bij Athena's boekhandel en hij met zijn dichtbundel even bij uitgeverij Van Oorschot was teruggekeerd.
De grootste sensatie is de ober in Het Pakhuis: 'De kellner was een allerliefst blond dier, met een guitig werkmansvoorschootje, maar de achterkant bleef duidelijk te doorgronden.' De brief waarin deze passage staat is te vinden in Moedig voorwaarts, vorig jaar verschenen bij Veen. Ingrid de Jonge van het Dagblad van het Noorden heeft alles op alles gezet om de man achter de daghap te vinden en dat is nu, een jaar later, gelukt. In de beschrijving van Reve lijkt het net of Arjen Boswijk destijds een jong studentje was, maar volgens de krant was hij toen al 33 (een vieze oude man van boven de dertig, zou Reve zeggen) en op de foto is de nu 54 jaar oude Boswijk te zien, terwijl hij een glaasje van een dienblad pakt. Duidelijk geënsceneerd die foto, want op de achtergrond zien we een schoolbord en een wereldbol. Boswijk heeft zelfs weer een voorschoot omgedaan. Hij draagt verder een wit T-shirt en voor de liefhebbers van de soort is het nog steeds een lekker hapje (type Matthijs van Nieuwkerk).
Tot nu toe heb ik dit bericht nog niet digitaal terug kunnen vinden bij het Dagblad van het Noorden. Voor de literatuurgeschiedschrijving moet dat wel.

Dit is de handtekening die Reve enkele uren later in mijn exemplaar van de Verzamelde gedichten zette. Wouter van Oorschot nam het boek daarna in ontvangst om de inkt droog te blazen. Dankzij het brievenboek weten we nu ook wat de grote schrijver die avond in zijn maag had.
Wouter vroeg op matte en argwanende toon wat die was, die dagschotel. Die behelsde Turkse kip met Turkse saus, Turks brood, gebakken, kleine aardappeltjes en gemengde salade. 'Dat gelijkt mij wel goed,' zeide ik. 'Ik hou niet van kip,' deelde Wouter mede. 'Je discrimineert,' zeide ik. De lieve jonge, slanke, blonde, zoetgevooisde kellner straalde, en begon van binnen geheel te neuriën.

Geen opmerkingen: