Op zondag vond Manuscripta plaats, de traditionele start van het boekenseizoen. Voor het eerst werd dit evenement in Utrecht gehouden. Er kwamen volgens Boekblad zo'n 15.000 mensen op af. Dat is hartstikke fijn en de sfeer in de stad was dit jaar zeer aangenaam. Een beetje jammer was het dan ook dat er slechts kleine zaaltjes beschikbaar waren voor de schrijversoptredens. Adriaan van Dis en Kees van Beijnum werden bijvoorbeeld ondervraagd over hun nieuwe boek door Wim Brands in een zaaltje met zestig zitplaatsen en veertig staanplaatsen. Een half uur voor tijd was het al enorm dringen geblazen en werd het zo benauwd dat ik gevlucht ben. Bij andere zaaltjes kreeg ik niet eens de kans om te vluchten omdat de zaal bij voorbaat al propvol zat. Daar sta je dan, met een perskaart (Leeuwarder Courant, weblog Tzum) op je overhemd geklemd, naar dichte deuren met briefjes 'vol = vol' te kijken.
Zaal interview Van Dis en Van Beijnum een half uur voor aanvang |
Grootste probleem is om uitgeverijen en schrijvers naar een andere plaats dan Amsterdam te lokken. In Utrecht ontbraken enkele grote uitgeverijen op de boekenmarkt, zoals Nijgh & Van Ditmar, De Arbeiderspers, Van Oorschot. Te dure stands, niet geïnteresseerd in de wereld buiten de hoofdstad, te weinig mankracht? Ze horen er gewoon te staan. De baas van de CPNB, Eppo van Nispen, losgescheurd uit een gesprek met Isa Hoes, kwam tijdens de nazit naar de Tzum-redactie toe en verzekerde ons dat Manuscripta uit Amsterdam wegbleef. Een redactielid hoorde de perschef op een vol rookbalkon praten over de kandidatuur van andere steden. De hoogste bieder mag Manuscripta organiseren. Als je geld hebt, gaan vele deuren open.
Deze kroniek verscheen eerder in de Leeuwarder Courant, op 13 september 2014
Geen opmerkingen:
Een reactie posten