Igor Wijnker is journalist en fotograaf en publiceerde dit jaar de biografie over Ton Boot: Bezeten. Sinds kort presenteert hij een radioprogramma bij Oog.
Mijn tien beste boeken van 2009, in willekeurige volgorde. Het is geen betrouwbare lijst, omdat ik mogelijk boeken vergeet die ik van de bibliotheek heb geleend. Een verzoek derhalve aan Doeke Sijens, hoofd van de bieb: het is fijn dat je boeken via de website kunt verlengen, maar ik zou ook graag een overzicht kunnen zien van de geleende boeken.
* J.J. Voskuil - Het Bureau 1 en 2
Dat ik niet alle zeven delen van deze 5058 bladzijden omvattende romancyclus noem komt door het simpele feit dat ik de overige vijf nog moet lezen. Herstel: mág lezen. Verslavend proza voor een ieder die houdt van dit soort zinnen. ‘De geluiden uit de keuken en het tikken van de pendule op de schoorsteen verdiepten de stilte in huis.’ (uit: deel I, Meneer Beerta)
‘hij had een zachte, weke stem, die tegelijk iets tirannieks had, alsof hij anderen zo tot luisteren wilde dwingen.’ (uit: deel 2, Vuile Handen)
Ik krijg opeens heel veel zin om de overige delen te gaan lezen.
* Michel Faber – Het Courage Ensemble
Bundel van twee novellen. De eerste, Honderdnegenennegentig treden, kon mij matig boeien, maar Het Courage Ensemble is vintage Faber. Met die haast achteloze, vileine humor. Bewonderens- en benijdenswaardig en verbazingwekkend hoe levensecht Faber zo’n onbekende beroepsgroep (een a capella ensemble) en tamelijk absurd verhaal (het ensemble moet een hondsmoeilijk avant-gardistisch stuk van een geflipte Italiaanse componist instuderen) beschrijft.
* John Fante – De wijn der jeugd
Ik moet bekennen dat ik de meeste van de twintig verhalen nog niet heb gelezen, maar binnen een paar zinnen was ik weer verkocht. Geschreven met een soms nogal groot (Italiaans) gebaar, dat snel irritatie kan wekken, maar niet als er zo’n rasverteller als Fante aan het woord is.
* Alain de Botton – De biograaf
Dit boek ligt al enige tijd op het nachtkastje en het is vooral aan de koude in de slaapkamer te wijten dat ik ‘m nog niet uit heb. Kruik mee, muts op en knus onder de wol; bedlezen is er even niet bij. Maar dit boek is zeer vergevingsgezind. Telkens als ik het weer opensla word ik weer gepakt door de stijl, de originaliteit en de charme van hoofdpersoon Isabel Rogers – een volstrekt onbekend en niet bestaand meisje dat ik dankzij De Botton nooit meer zal vergeten.
* The Beatles Anthology
Mijn favoriete band aller tijden was al een paar jaar uit elkaar toen ik op de wereld werd geperst. Maar dankzij deze sublieme biografie ben ik toch overal bij geweest. Van de eerste jaren in Liverpool, via de vieze, drankzuchtige, geweld(dad)ige perioden in Hamburg, de stormachtige opmars in Engeland naar de complete gekte rond het fabelachtige viertal. Openhartig verteld door de hoofdpersonen, vanuit hun unieke perspectief: het oog van de orkaan.
Er kleven twee nadelen aan dit boek:
1) de megalomane omvang, waardoor je het eigenlijk alleen aan een tafel kunt lezen.
2) ik heb weinig zin om nog de al eerder aangeschafte en lijvige biografie van Bob Spitz te gaan lezen.
* Herman Mellville – Moby Dick
Uit 1851 en naar het schijnt niet met de beste vertaling (van Emy Giphart), maar dit verhaal is onverwoestbaar. Durf ik te schrijven, terwijl ik pas op blz. 63 ben. Heerlijk, die combinatie van dat bloemrijke, archaïsche taalgebruik en die volstrekt zotte gebeurtenissen. Bijvoorbeeld als Ismaël (de verteller) ’s avonds laat arriveert in een propvolle herberg en de keus heeft tussen een harde bank of een warm bed delen met een kannibaal - die overigens nog in de stad is om een gebalsemd mensenhoofd te verkopen.
Ismaël kiest toch voor het bed. ‘Ik vertrouwde me toe aan de hoede des hemels.’ Al kan hij de slaap niet vatten: ‘ik weet niet of die matras gestopt was met maïskolven of gebroken aardewerk.’
* Heus & Heus
Heus & Heus zijn de sportfotografen Hans (de vader) en Bastiaan (de zoon). De teksten zijn van Rob Willemse, maar in dit stoeptegelzware boek van ondergeschikt belang.
Het is een niet-chronologische mengelmoes van portretten, actiefoto’s, sfeerbeelden en zeer gedetailleerde opnamen (waarmee de vader in de Volkskrant furore maakte). In kleur en zwart-wit. Van de jaren zeventig tot 2009. Als je lang in dit boek hebt gebladerd en erop uit trekt bekijk je de wereld om je heen met andere, frissere ogen.
Kortom: bedankt, sinterklaas, voor dit mooie cadeau!
* Erwin Mortier – Godenslaap
Ik moet natuurlijk uitkijken met de jury van de Tzum-prijs die meeleest, maar ik heb een heftige haat-liefdeverhouding met het AKO-prijswinnende boek van 2009. Héb, want ik moet nog ruim honderd pagina’s lezen.
Op zeker moment vroeg ik mij af: kunnen boeken ook té goed geschreven zijn? Dat de zinnen het verhaal ophouden. Ja, dacht ik toen ik dit las op blz. 107: ‘Soms maakte zich uit de mist een gotische poort los, een portiek bekroond door hoornen des overvloeds in arduin of zwierige rocailles. Elders liet tussen twee huizen ingeprangd een restant van een steunbeer het bestaan vermoeden, ooit, van een kapel of een kerk, het bedehuis van een oude gilde of kloosterorde, weggevaagd, door de Beeldenstorm of de Revolutie, of gewoon door een omgevallen kandelaber.’
Bent u daar nog?
Dat hoop ik, want de doorlezer wordt beloond en als de WO I dan eindelijk losbarst krijgt het boek ook veel meer vaart en heuse dialogen.
Laat er geen misverstand over bestaan: Mortier kan formidabel schrijven en daarom staat hij op deze plek. Maar ik had af en toe zin om dit boek in een hoek te smijten, of om een ander boek te pakken, zoals:
* P.F. Thomése - J.Kessels: The Novel
Als Godenslaap de echte Literatuur is met een hoofdletter L, geef mij dan toch maar iets luchtiger literatuur (of lectuur, zo u wilt) met een verschrompeld elletje, druipend van het frituurvet. Of, om met Thomése en J. Kessels te spreken: een kindernegerlulletje speciaal.
Misschien is dit wel een verwerpelijk boek, maar ik heb zelden zo vaak en hard moeten lachen.
Een maf en moddervet verhaal dat ik niet kon wegleggen. Als een Toyota Kamikaze op de Autobahn jakkerde ik door het boek.
Dat vooral zo goed is geschreven. Met geweldige taalvondsten die voortdurend uit de mouwen van de schrijver vallen. Wat moet dit een feest zijn geweest om te schrijven.
Eerder verscheen de top 10 van Anton Brand, Wouter de Vries, Derwent Christmas, meneer en mevrouw Maggi, Joep van Ruiten, Cilla Geurtsen, Bart Temme, Nick ter Wal, Giny Backers, Doeke Sijens , Erik Harteveld en Rense Sinkgraven.
1 opmerking:
Wat héérlijk dat iemand in 2009 nog begint aan 'Het Bureau', dacht ik bij het zien van jouw lijstje Igor. Maar ik realiseerde me meteen, dat dit een idiote gedachte was. Erg fijn, dat je nog aan het mooiste deel - 'Het A.P. Beerta-Instituut' - moet beginnen!
Een reactie posten