Igor Wijnker is journalist/schrijver. In januari komt zijn biografie over basketbalcoach Ton Boot uit: Bezeten. Bij Nieuw Amsterdam (dit is al de derde auteur van deze uitgeverij). Wijnker woont in het noorden en houdt ook een blog bij. Een at random-top 10 van Igor Wijnker:
Eerste schok bij het bekijken van mijn stapeltje beste boeken van 2007: wat lees ik toch weinig Literatuur.
Al zou ik niet kunnen zeggen wat dat precies is: literatuur met een hoofdletter L Ik snap bijvoorbeeld niet waarom iedereen zo dweept met Arnon Grunberg. Daar begin ik nu over omdat ik de Asielzoeker aan het lezen ben. Natuurlijk is hij geniaal en bij vlagen grappig, maar ook zeer vermoeiend. Op bladzijde 117 smachtte ik al naar het eind (op blz. 352). In elke alinea weer een aforisme en dan al die herhalingen. De vraag die bij mij tijdens het lezen telkens terugkeerde: waar was zijn eindredacteur (m/v)? Als dit een verontrustend boek is, zou je eens Platform van Houellebecq moeten lezen.
Maar goed, Grunberg won er belangrijke prijzen mee, dus ik zal het wel bij het verkeerde eind hebben.
Bovendien zouden we het een beetje gezellig houden en moet het hier over mijn beste boeken van 2007 gaan. Het was een mooi jaar waarin een geweldig nieuw blad werd gelanceerd (Torpedo) en ik met tintelend plezier een schrijver ontdekte (A.L. Snijders).
Maar literatuurpuristen zijn dus gewaarschuwd: dit kan een aanstootgevend lijstje worden. Van een non-fictie angehaucht lezer.
In willekeurige volgorde:
Jake Halpern - Was ik hier maar nooit gaan wonen. Laat je niet misleiden door die verschrikkelijke titel. Braving Home heet het origineel. Verhalen over Amerikanen die op onmogelijke plekken wonen. Halpern beschrijft hun levens en drijfveren gortdroog, maar met veel empathie en subtiele humor. Journalistiek op zijn best.
Arthur van den Boogaard – De beste 141 Nederlandse en Vlaamse sportverhalen van 1945 tot nu. Je moet wel een beetje van sport houden, maar dan heb je ook een schatkist aan prachtige verhalen. Ook qua gewicht. Ruim twaalfhonderd bladzijden met liefde en verstand samengesteld en erudiet ingeleid.
Siemon Reker - Zakwoordenboek Gronings-Nederlands en Nederlands-Gronings. Onmisbaar in het survivalpakket van elke nieuwe Groninger. En het geeft mij hoop dat ik ooit nog eens de weermannen van TV Noord ga begrijpen.
Daniel Coyle – Lance Armstrongs Oorlog. Zelfs als je weinig van wielrennen moet hebben en een hekel hebt aan Lance Armstrong is de kans groot dat je wordt meegesleept. Sinds dit boek kijk ik anders naar wielrenners.
Erik Brouwer – De Hemel is een basketbalveld/De ronde van Italië. Geheel terechte winnaar van de Hard Gras prijs met een verhaal over Ernest Hemmingway, al leverde hij mijns inziens de grootste prestatie met De Ronde van Italië. Een dagelijks maar zeker niet alledaags verslag van deze wielerronde. Laatste kopij leverde Brouwer direct na de slotetappe in op 3 juni. Diezelfde avond ging het naar de drukker. En dan nu het bijzondere: over vijftig jaar is het nog steeds lezerswaardig.
Richard Klinkhamer – Woensdag gehaktdag. Wat je ook van Klinkhamer kan zeggen (dat ie bijvoorbeeld een psychopaat is, een vuile moordenaar die munt slaat uit zijn misdaad): hij kan wel schrijven. Ik kreeg het boek als pdf-bestand toegestuurd en moest de 192 pagina’s noodgedwongen van mijn beeldscherm lezen. Dat lukte binnen een dag.
Han Ceelen & Jeroen van Bergeijk - Meer dan de feiten (gesprekken met auteurs van literaire non-fictie). Al noem ik dit boek hier vooral om de Amerikaanse versie (en inspiratiebron van Ceelen en Van Bergeijk) aan te prijzen: The New New Journalism. Inspirerend, praktisch, maar ook gevaarlijk -als je zoals ik een biografie aan het schrijven bent en denk dat je veel werk hebt verricht.
De Bosatlas van Nederland. Megalomaan naslagwerk waar je heerlijk in verdwaalt en op zoek kunt gaan naar onze identiteit. Staat bovendien heel mooi in onze nieuwe kast. Kan ook van pas komen om een inbreker mee knock out te slaan.
Gerbrand Bakker – Boven is het stil. Prachtig verstilde roman, die weer eens bewijst: minder is meer. Als je meer wilt van Bakker zou je trouwens eens op zijn weblog moeten kijken.
Tom Hodgkinson – Leve de vrijheid. Een boek dat je leven op zijn kop kan zetten. In bijna vierhonderd prikkelende bladzijden vertelt de schrijver hoe je vrij kunt leven. Meestal zijn dat soort boeken tenenkrommend, maar Hodgkinson is uitermate belezen heeft een aanstekelijke stijl. Je krijgt niet alleen zin in het leven, maar ook om de tientallen boeken waaruit hij citeert te gaan lezen.
Elizabeth Gilbert - Eten, bidden, beminnen. Ik heb er geen verstand van, maar: is dit nou chicklit? Hoe dan ook: het is aanstekelijk geschreven door een jonge schaamteloze New Yorkse met veel zelfspot. En het jammerlijke is: ik heb het nog lang niet uit. Het ligt namelijk op de burelen van PIT Magazine, waarvoor ik het recenseerde. Ik hoop tenminste dat het er nog ligt, want het zou ook kunnen dat het (net als de scanner) door de curator is gevorderd. PIT Magazine werd na twee nummers opgedoekt en de uitgever failliet verklaard.
Tot zover mijn carrière van boekbespreker.
En daar plukt u nu ook de wrange vruchten van, anders had ik hier vast meer echte Literatuur kunnen noemen.
Volgend jaar beter.
Lees ook de top tien van: Bart Temme, Derwent Christmas, Jan Paul Schutten, Annet Peppelenbos, Doeke Sijens en Anton Brand.
1 opmerking:
Nog een kleine toevoeging: de laatste vijftig bladzijden van De asielzoeker zijn dan wel weer subliem.
Een reactie posten